Twijfel over uitspraak van de Hoge Raad – Norma versus Kabelexploitanten

In AMI (het blad van de Vereniging voor Auteursrecht) wordt deze maand aandacht besteed aan de uitspraak van de Hoge Raad in de zaak van NORMA tegen de kabelexploitanten. Deze uitspraak speelt een belangrijke rol in de procedures van VEVAM tegen de kabelexploitanten. Als gevolg van de uitspraak van de Hoge Raad ontvangen in ieder geval de acteurs geen vergoeding voor kabeldoorgifte, en is de positie van schrijvers, en regisseurs onzeker geworden. Uit de artikelen in AMI blijkt dat de uitspraak van de Hoge Raad op zijn minst omstreden is. Vooraanstaande auteurs concluderen namelijk op twee punten essentieel anders dan de Hoge Raad.

In de procedure tussen NORMA en de kabelexploitanten, hebben de kabelexploitanten zich erop beroepen dat de acteurs hoe dan ook geen rechten meer hebben. Volgens de kabelmaatschappijen tekenen de acteurs in de praktijk hun rechten weg aan de producent, en anders raken ze hun rechten van rechtswege kwijt door het zogenaamde ‘vermoeden van overdracht’  uit artikel 45d van de Auteurswet (’tenzij de makers en de producent schriftelijk iets anders hebben afgesproken, worden de makers geacht hun rechten aan de producent overgedragen te hebben…’)

Prof. mr. J.J.C. Kabel (emeritus hoogleraar informatierecht, off counsel te Amsterdam) gaat in op dit ‘vermoeden van overdracht’. Hij schrijft: “Op grond van het uitzonderingskarakter van artikel 45d Auteurswet, dient het vermoeden van overdracht restrictief te worden uitgelegd. (…) Het vermoeden van overdracht kan immers weerlegd worden en er kan daarom geen sprake zijn van een automatische overdracht aan de producent. Weigering door de producent anders overeen te komen, doet hem dus niet van rechtswege treden in de rechten van de maker. De geboden restrictieve uitleg leidt ertoe dat de praktijk of de investeringsbelangen van de producent niet vanzelfsprekend de doorslag kunnen geven.”

De conclusie van Prof. Kabel betekent ondermeer dat het ook voor scenarioschrijvers en regisseurs wel degelijk mogelijk is om op voorhand rechten onder te brengen bij hun CBO’s LIRA en VEVAM. Wel doen makers er goed aan om zekerheidshalve in hun contracten een voorbehoud te maken voor de rechten die zij aan LIRA of VEVAM hebben overgedragen. Dit betekent dat wanneer de kabelmaatschappijen films en programma’s willen distribueren waarvan de rechten op voorhand overgedragen zijn aan LIRA en VEVAM, dat de kabelmaatschappijen dan van deze CBO’s toestemming nodig hebben.  Zonder deze toestemming maken de kabelexploitanten inbreuk op het auteursrecht.

Een ander aspect van de uitspraak van de Hoge Raad in NORMA/UPC is de ‘rechtstreekse aanlevering’ van de televisie-signalen door de omroepen aan de kabelexploitanten. De kabelexploitanten stellen dat zij hierdoor geen vergoeding meer verschuldigd zijn aan de hoofdmakers van een film (dus ook niet aan de regisseurs). Hierover schrijft Prof. mr. J.H. Spoor (emeritus hoogleraar intellectuele eigendom aan de VU en oud-advocaat):  “Afgezien van een stukje techniek is er in feite niets veranderd. Nog altijd betrekken de kabelexploitanten de complete programmering van de ‘zenders’ Nederland 1, 2, en 3 lock stock and barrel van de publieke omroep, en distribueren ze die nog steeds zoals ze dat al sinds de jaren ’70 doen, waarbij het niets uitmaakt of ze die uit de ether of uit de Media Gateway halen. Op de samenstelling van de programma’s hebben zij geen invloed, en zolang ze de rechten nog niet rechtstreeks via de omroep kunnen regelen zijn ze aangewezen op collectieve rechtsuitoefening door auteurs- en naburig rechthebbenden. Op de techniek na is er niets veranderd, en rechtens is die technische verandering volstrekt irrelevant. Of zou dat althans moeten zijn.”

In het derde artikel in AMI gaat de Leidse hoogleraar en advocaat Prof. mr. Visser in op het voorstel van de regering om de Auteurswet aan te passen. In dat wetsvoorstel krijgen de makers een eigen, rechtstreekse aanspraak op de exploitanten van hun werk. (Zie ook eerder bericht op PAM-site: http://www.portal-pam.nl/nieuws/filmmakers-verheugd-over-voorstel-van-ministeries).

Prof. Visser noemt het wetsvoorstel “evenwichtig en ingenieus”.

We bevelen de artikelen van AMI harte aan. Uittreksels van de artikelen zijn te lezen via BOEK9.nl:

Voorbaat of vermoeden? De rol van artikel 45d Auteurswet, Prof. mr. Kabel

Primaire of secundaire openbaarmaking, uitzending of heruitzending, Prof. mr. Spoor

De kabeldoorgiftevergoeding is dood; leve de kabeldoorgiftevergoeding!‘, Prof. mr. Visser

 

Author: Cedar

Share This Post On